Het is Zaterdagmorgen als we besluiten nog even naar de markt in Tiel te gaan.Er is code geel afgegeven, en er is veel neerslag voorspeld dus maken we doelgerichte plannen. Even bij de Turkse pizza boer langs en een bosje bloemen voor de verjaardag vanavond. Piet vraagt of hij nog een loempia mag. Wil jij er ook een vraagt vrouwlief. Nou, niet zo’n zin, – de zware luchten vallen me zwaar en mn darmen protesteren. Ik wil zo nog even naar de Hema zeg ik. Anders ga je nu alvast dan doe ik mn rondje wel even. We staan al voor de Vietnamese loempia kraam als ik besluit door te lopen naar de Hema. Nog snel zie ik een A4 fotolijst in de loempia kar hangen. Mmm denk ik Vietnamese traditie?
Als ik de Hema binnenloop zitten de eerste waterdruppels al op mn bril.Ik rommel wat op de eerste etage bij de schrijfafdeling. Dan staat Piet weer naast me. Pap: de loempia man is dood. Ik ben niet eens verbaasd als ik het hoor. Vorige keer toen we bij hem wat loempia’s kochten probeerde ik een gesprekje aan te knopen. Het leek of ik een pen uit een handgranaat trok. De man die zo Aziatisch introvert leek veranderde in een spraakwaterval waarbij zijn accent als gele blaadjes door zijn zinnen kolkten. Het is rustig of niet? De gemeente heeft besloten alles parkeerplaatsen aan de Waal te sluiten, waardoor het hier enorm stil geworden is . Ambtenaren. Overal het zelfde zegt hij. Ik woon rond Utrecht daar maken wij de loempia’s en bakken producten voor. De gemeente wil me weghebben. M’n huis is 4 ton waard, ik ben tegen ze aan het rechten. En Vietnam? Probeer ik. Daar is het veel erger, zijn bruin gele huid krijgt zowaar een rode gloed. Daar is het nog veel erger. De regering onderdrukt de normale man, en de ambtenaren vullen hun zakken en verdelen de baantjes onderling. Ik ga wel eens terug, maar als ik het allemaal zie kan ik het daar ook niet uithouden.
De vrouw van de loepia man ligt zó tegen het raam aan, – Piet legt zijn onderarm voor zijn ogen. De loempia man. Waarschijnlijk zijn leven gegeven voor de 4 ton die zijn vrouw alleen op moet maken. Die zich druk maakte over de toekomst van zijn dochter die de support van haar vader moet missen. En de ambtenaar die de overwinning ziet en met voldoening zijn missie voortzet. En dan nog de ambtenaar die onaantastbaar is in het verre Vietnam. Hij heeft hem nooit gekend en weet niet hoeveel er door hem. Is geleden. Dan mijn zoon Piet, hij staat terneergeslagen. En kijkt me aan de loempia-man zal niet meer klagen.